Geschreven door Carla Josephus Jitta
Voorgelezen door Gert van Drimmelen
Geluidsmontage Seth Mook
Thema: Zomer
Ik lig voorover met mijn neus in het gras. De grond ruikt kruidig, er friemelen kleine beestjes tussen de grassprieten. Het kriebelt een beetje maar dat is wel leuk. De warmte van de zon koestert mijn rug. Als ik me omdraai ruik ik de frisse berglucht en ik zie overal bergen.
Ik ga fotograferen; ik verheug me op de beekjes waar glinsterend water doorheen stroomt met af een toe een waterspreeuw. De vogeltjes duiken vanaf een steen het water in om visjes te vangen; ze hebben hebben hun nest in de wand van het beekje. Het is Zwitserland, het land waar ik veel vakanties heb doorgebracht.
Met Tom wandel ik in de bergen; we komen door weiden met koeien, waar Tom een beetje bang voor is. Gek, als Fries. Maar hij heeft geen hoogtevrees, wat ik weer wel heb. Zo komen we er samen wel doorheen. De koeien hebben grote bellen, die je van ver hoort. Eén koe heeft een speciale bel, die aangeeft dat hij de leider is, maar dat is voor mij te moeilijk.
Als we verder lopen, richting de gletsjer, zie ik Murmeltiere, een soort marmotten. Ze staan rechtop en maken een fluitend geluid; als ik dichtbij kom, vluchten ze hun hol in, onder de stenen. Er zijn er heel veel. De gletsjer is al terug gelopen, maar er ontspringt wel een beekje dat verder naar beneden breed is geworden en waar ik de waterspreeuwen vind.
In Schotland is het licht heel anders dan in Zwitserland. Door de vele regen zijn de kleuren daar intensief en sterk afstekend tegen elkaar, weer anders dan bij ons, waar de kleuren zacht zijn; daarom zijn onze luchten beroemd bij schilders.
Ik geniet van de natuur om me heen, ver weg van de rumoerige stad, waar ik thuis ben. Daarom heb je vakantie: je bent weg van het lawaai, je kijkt en voelt overal een andere wereld, een wereld waar ik zo naar verlangen kan.
De zomer, die in mijn leven al voorbij is, is deel geworden van mezelf en zal diep in mij bewaard blijven.
gepubliceerd op 14 mei 2021