De vrede dienen #318

door Vrijzinnige Miniaturen

Geschreven door Jos Dobber
Voorgelezen door Sanne van Deursen
Geluidsmontage Seth Mook
Thema: Onvrede
15 oktober 2024
Titel: De vrede dienen


De vrede dienen

Op 26 januari 1979 ontving ik een waarschuwingsoproep van het Ministerie van Defensie, waarin aangekondigd werd dat ik een half jaar later op zou moeten komen om militaire dienst bij de Koninklijke Landmacht te vervullen. Ik werkte toen als verpleegkundige in opleiding en daarin stond ‘leven’ en, sterker, ‘een zo goed mogelijk leven’ voor de personen voor wie ik zorg droeg, centraal. Per kerende post deed ik een beroep op de Wet Gewetensbezwaren Militaire Dienst. In 1980 werden mijn gewetensbezwaren erkend, en voerde ik vervangende dienstplicht uit in een instelling voor de geestelijke gezondheidszorg.
Nu ik, 45 jaar later, mijn archiefmap doorblader, zie ik hoe eenvormig mijn gewetensbezwaren geformuleerd zijn. Een citaat: “Ieder mens heeft gelijke rechten, waaronder het recht op leven. Hoe kan ik dan werken in een organisatie die gericht is op geweld, en zelfs op de extreemste vorm daarvan: dodelijk geweld.”
Boeken over geopolitiek hielpen mij meer genuanceerd, minder eenvormig, naar de wereld, macht en machtsverdeling te kijken, en oog te hebben voor de mogelijkheden en beperkingen van soft en hard power. Bij de zachte kant van macht gaat het om diplomatie, samenwerking en waarden zoals mensenrechten, terwijl militaire macht tot harde macht hoort waarmee dwang kan worden uitgeoefend.

Niet alleen mijn blik op de wereld veranderde, ook de wereld zelf werd anders, inmiddels met de Verenigde Staten en China als dominante machtsblokken en een oorlog in Europa. De rol van soft power is momenteel marginaal vergeleken met die van militaire en economische macht. Defensiebudgetten worden overal in de wereld verhoogd en dat is begrijpelijk. Ik vind het tegelijk ook een schrikbeeld, steeds meer technologisch geavanceerde wapens, zeker in combinatie met toenemend nationalisme en machthebbers met dictatoriale trekjes.
Het roept bij mij de vraag op hoe dat nu zit met dat dienstweigeren, vind ik dat nog steeds de beste manier om de vrede te dienen? Zeker, dit is een denkoefening vanuit de leunstoel. Ik ben immers ruimschoots te oud om het leger in te gaan, en door opschorting van de opkomstplicht voor het leger hoeft in Nederland niemand meer militaire dienst te weigeren.

In mijn ideale wereld heeft geen enkel land een leger, en bestaan er geen oorlogen. Maar helaas leven we niet in deze ideale wereld. En de realiteit in Oekraïne en elders in de wereld gebiedt mij te erkennen dat legers nodig zijn. In ieder geval als afschrikkingsmacht, dat moet wel met onvoorspelbare dictators zoals Poetin. Om effectief te functioneren zou zo’n leger vorm moeten krijgen, en moeten opereren, in nauwe samenwerking met andere landen binnen de Europese Unie. Een leger moet in crisissituaties voldoende omvang hebben, en heeft dus een reservecapaciteit getrainde militairen nodig. Als daarvoor de opkomstplicht voor militaire dienst weer zou worden ingesteld, lijkt dienstweigeren al snel op ‘free-rider-schap’: wel profiteren, maar geen bijdrage leveren.
Toch is dit me wat te makkelijk, het gaat alleen over hard power, waar het ook belangrijk is om na te gaan hoe soft power de vrede kan dienen. De EU stelt een gemeenschap van waarden te zijn. Juist door naar die waarden te leven en deze uit te dragen, binnen de EU en in samenwerking met landen daarbuiten, kan soft power voor veel mensen belangrijk zijn om vredig te kunnen leven.
Beide zijn dus belangrijk, op verschillende manieren en in verschillende situaties, dat is voor mij een rationeel gegeven. Maar er knaagt iets, en dat zit bij het accepteren van de noodzaak van hard power. Wat als die toegenomen militaire kracht daadwerkelijk gebruikt wordt? Als ik daaraan denk is mijn angst daarvoor bijna fysiek voelbaar. Accepteren van het belang van hard power als afschrikking is één aspect, maar als er meer militaire middelen zijn, zowel in hoeveelheid als in geavanceerdheid en technologie, vergroot dit de kans dat het -uiteindelijk- ook een keer gebruikt wordt. Hoe verschrikkelijk dat is zien we dagelijks in het nieuws.

Als ik nu terugkeer naar mijn vraag over dienstweigeren in de huidige tijd, realiseer ik me dat er eigenlijk niet veel veranderd is. Ook in de huidige tijd zou ik weigeren militaire dienst te vervullen. In essentie is mijn motivatie hetzelfde als in 1979: het mensenrecht op leven. En ook nu zou ik in plaats van deze dienstplicht nog steeds de vrede willen dienen door me in te zetten voor de gezondheid en het welbevinden van kwetsbare mensen.

gepubliceerd op 15 oktober 2024



Alle columns